zondag 24 december 2017

“Broertje (m/v) “

De hand-stevig-op-de-heup, bijna verontwaardig fronsend gilt zij bozig: “Dat is nou eenmaal zó!” 
Haar jengelende stampvoetende tweelingzusje mokt “Dat is nou eenmaal niet zó!”.

Het zijn de twee antwoorden in de wereld die op mij misschien wel de meeste aantrekkingskracht van de wereld hebben.

De relatie is van eenzelfde orde als hoe een 
  • vers-glimmend-stevig- kleurrijk- groot-‘helemaal af’-legobouwsel, pontificaal-midden-in-de-kamer-geëtaleerd 
staat tot
  • het broertje-van-de-bouwer.


Tot nu toe zijn er onder mijn bezielende onderzoekingsgeest ongeveer net zo weinig ‘dat is nou eenmaal (niet) zó mentale constructies’ volstrekt intact gebleven als een gemiddeld ‘broertje’ zo’n legobouwsel ongemoeid laat. 

Sterker nog, hoe steviger en onverwoestbaarder een gedachten-constructie geponeerd wordt te zijn, hoe eerder ik het (triomfantelijk…. uiteraard) uit elkaar heb gesloopt. 

Geef mij uw Titanic en ik weet er de passende ijsberg voor.

Kennelijk is de hoofdvraag waarmee ik dit leven onder mijn arm loop, vooral ‘ O ja.. ?’

Denk daarbij dan niet voornamelijk aan de vriendelijke toon die volstrekt vrijblijvende  social small talk uitrukt.
Vertaal mijn  ‘ O ja….?’  belangstelling  dan ook maar beter niet als vanzelf in een:
 ‘ Ach ja, joh.. goh, wat ontzéttend knáp dat je dat zó zeker wéet en hoe rázend  interessánt…..!’
Ook het nonchalantere ‘ Pfff. wat jij wilt joh….’ (gevolgd door het aansnijden van een volstrekt veilig en irrelevant koetjes-en kalfjes onderwerp) , is mogelijk niet de meest accurate vertaling.

Met mijn ‘O ja….? ’ druk ik meestal wel oprecht mijn belangstelling uit en verzoek ook wel om ‘nadere toelichting’.
Vervolgens loopt het gesprek nogal eens zo .
Hoe duidelijker uit iemands respons blijkt dat iemand wérkelijk gelooft dat iets nou eenmaal (altijd/nooit) zo is, hoe meer mijn ‘ o ja…?’ in een baldadige toonsoort komt te staan:
“Dát zullen we nog wel eens zien!”

Het scoort……. inderdaad……, niet hoog in de lijst met aanbevolen procedures voor wie zijn kennissenkring eens genoeglijk wil uitbreiden….

Nogal veel mensen zijn kennelijk nogal aan hun Titanic gedachten-constructies gehecht en voelen er weinig voor om het op de zeewaardigheidstestbank van een ‘broertje’ te leggen.

Ik zou zeggen ‘veeg teken’!
Zou iemand die echt gelooft, nee weet, dat de constructie tegen bekend  ‘groot onheil’ bestand is.. aarzelen?
Zou iemand die écht zelf ‘scheep’ gaat op zijn eigen gedachtenconstructies het niet júist een veilig idee vinden als de structurele integriteit en operationele veiligheid  eens een periodieke keuring onderging?

Meestal hoef ik er trouwens alleen maar  naar te wijzen, of er een heel klein beetje tegenaan te blázen en de constructie  zakt al glorieus, elegant door zijn altijd/nooit hoeven. Een beetje zoals een sloopgebouw wat vakkundig wordt opgeblazen, omdat op precies de juiste plaatsen een passende hoeveelheid springstof is aangebracht.
Ik hoef het meestal niet eens aan te raken! Ik breng niet eens de springstof aan!
Een klein vonkje van mijn passie voor kennis en helderheid doen overspringen… is vaak al genoeg dat het zichzelf opblaast!

Ik maak eigenlijk alleen vrienden bij ‘(gemeenschaps-)vernieuwers’.

“Die oude constructies….pfew….die  krijgen we nooit weg…”
Waar wel de oprechte wens is om nieuwe, beter bruikbare, duurzamere  constructies te plaatsen….. die mensen zien me graag komen.

Ook heb ik al een aantal keer mijn nut bewezen bij de gedachte:
“Een nieuwe, goede duurzame  oplossing die daar, daar, daar en daar allemaal aan voldoet….. dat lukt nooit!”

Hoewel…..als ik dan (triomfantelijk.. hé, uiteraard… ik vind construeren zelf ook vele malen leuker!) betrekkelijk nonchalant, vrij vlug zelfs, met een ‘eenvoudig ontwerpje’ of zelfs ‘werkend prototypje’ aan kom zetten, wordt er nogal eens gemopperd in plaats van blijdschap geuit!
99 van de 100 gevallen blijkt er een aanvullende voorwaarde te zijn die ik (‘dom he?’) even over het hoofd had gezien. De oplossing moet wel precies binnen de huidige denkkaders passen…. omdat die nou eenmaal altijd gerespecteerd moeten worden ( ‘ O ja…?’)

Er is nog een ‘o ja….’ die op de achtergrond best wel eens een rol zou kunnen spelen.

Als ik nou het belangrijkste kenmerk zou bezitten, wat alle ‘broertjes’ op de hele wereld met elkaar gemeen hebben …. dan zou mijn ‘broertjesgedrag’ mogelijk een stuk minder weerstand ondervinden…...
Maar ja…. ik heb geen y-chromosoom.

En voor zover ik dat kan overzien, gaat dat op zijn vroegst echt pas over tegen de tijd ‘dat ik een jongetje’ ben.
(Vrij naar mijn moeder, die vaak zei dat iets wel over zou gaan voordat ik een jongetje werd.)

En… o ja.. !.......ik heb trouwens geen plannen in een individuele gendertransformatieve richting!

Denk wel dat de maatschappij ervan op zou knappen als het een gendertransformatie ondergaat, waarin het van vrouwen niet meer impliciet  ‘altijd’ verwacht wordt dat ze ‘aardig’ zijn: allerlei onzin ‘gewoon braaf’, zonder morren en zonder vragen over nut, noodzaak en zin ‘slikken’ en zich gedwee beperken tot de hen toegewezen taken.

Laat ik met ‘Broertje’ eens een balletje opgooien voor een nieuwe zwarte pieten discussie…
Wordt het geen tijd dat er achter die ‘ functie’ in de samenleving,  ook eens (m/v) komt te staan ;-) ?

Een aardige observatie is dat de Nederlandse taal/cultuur helemaal geen genderneutraal woord kent voor ‘’collega kind in hetzelfde gezin’  bij mensen, zoals het Engelse sibling.
Niet dat het bestaan van zo'n woord in de vocabulaire ervoor zorgt dat Britse Engelsen er erg goed mee uit de voeten kunnen dat ik als blije, vrolijke troste drager van twee x-chromosomen me ‘als een broertje gedraag’.. maar dat is weer een heel andere bespiegeling.




Geen opmerkingen:

Een reactie posten